Pagina's

1 augustus 2012

Bill Gross: rendement op aandelen en obligaties laag, een goed pensioen niet meer mogelijk

Bill Gross nam eens de constante van Siegel onder handen in volgens de beren zijn beste column aller tijden. http://www.pimco.com/EN/insights/pages/cult-figures.aspx .Die constante houdt in dat je op lange termijn op Amerikaanse aandelen een reëel rendement van 6,6% kunt verwachten, omdat je dit gedurende een periode van bijna 200 jaar hebt kunnen krijgen volgens Siegel, zoals men al kon vermoeden, de bedenker van de constante.

Tot het einde der tijden, of in iedere geval niet gedurende het leven van mensen die nu op de aardbol rondlopen, zal men in geen velden of wegen een rendement op aandelen van 6,6% over een langere periode behalen, aldus Gross.
Als redenen ziet hij het veel te grote deel van winst in het BNP. Arbeid gaat de komende decennia een veel groter deel opeisen, met als gevolg een winststijging die ver achter gaat blijven bij de groei van het BNP.

Die groei van het BNP zal in de buurt zijn van de productiviteitsstijging (de werkende bevolking groeit nauwelijks in de toekomst, dus daar kun je niet iets extra's voor rekenen) en dat zal niet veel zijn. Gross noemt geen cijfer, maar je ziet hem denken aan ongeveer 2% volgens mij.

Verder ziet hij ook geen goede opbrensgten op obligaties bij de huidige rente. Hij concludeert daarom dat men geen goed pensioen meer bij elkaar kan sparen. Men zal moeten doorwekn na 65 en/of in armoede leven. Zelf heeft hij met zijn salaris van $200 miljoen per jaar volgens Business Insider (lijkt me wat veel, maar hij is schatrijk) daar vermoedelijk niet zo heel veel last van.

Wat kun je er tegen opmerken (afgezien dat hij dividend is vergeten te betrekken in zijn analyse)
1. Opbrengsten van aandelen hangen niet altijd samen met de groei van het BNP, al was de correlatie de afgelopen dertig jaar groot. Over een periode van 100 jaar vinden Dimson, Elroy een correlatie van bijna 0. De opbrengst van Chinese aandelen is veel lager dan de groei van China. Het omgekeerde kan ook, denk aan de lage groei in Nederland tussen 1980 en 1995 en de hoge opbrengst van aandelen.
2. Arbeidsproductiviteitsstijging is in een stijgende trend op lange termijn (< 0,5% voor 1800, 0,7% tot 1870, ongeveer gemiddeld 1,3% tot 1940 ongeveer en daarna 2% in de VS. Sinds 1995 lijken we op 2,5% of hoger te zitten. Zie de knikken in de trends boven aan dit blog voor die versnelling.
3. Risico moet beloond worden, anders heb je geen bedrijfsleven en is er geen werk. Rendement op eigen vermogen hoort daarom hoger te zijn dan de creditrente. Dat wordt niet weggearbitreerd want daar staat veel risico tegenover. Dat wijst op reële rendementen > 5%.
4. Juist als er weinig geïnvesteerd wordt en de werkloosheid hoog is, moet het rendement op investeringen hoog zijn. Ook dit betekent zo lang deze situatie voortduurt reële rendementen > 5%.
5. Dividendrendementen zijn vaak al groter dan 3%. Als de winsten en dividenden dan met het BNP  meegroeien en die groei slechts 2% is, dan zit je ook al op 5%.
6. De economische groei in de wereld is dankzij China etc. > 4% in de komende jaren gemiddeld.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten