De uitslagen van de
Europese verkiezingen wijzen op veel ontevredenheid, na jaren slechte groei
niet verwonderlijk. Frankrijk was onder de indruk van de grote zege van het
Front National en in Griekenland wonnen voor de beurs gevaarlijke partijen als
Syriza en de Gouden Dageraad. In het VK won UKIP 27% van de stemmen. Wilders stak
erg af met zijn verlies.
In de VS stegen de
initial claims voor werkloosheid weer behoorlijk, maar het niveau blijft laag
genoeg voor daling werkloosheid. De initial claims zijn vrij volatiel de
laatste tijd. De huizenmarktcijfers waren beter (hogere verkopen nieuwe en
bestaande huizen), maar de sombere verhalen over de huizenmarkt overheersten
(Zillow signaleerde langdurig slechte huizenmarkt voor goedkope huizen http://www.forbes.com/sites/erincarlyle/2014/05/20/9-7-million-americans-still-have-underwater-homes-zillow-says/
). De lagere hypotheekrente moet gaan helpen. De leading indicators zetten hun
opmars met 0,4% voort. Een en ander wijst op ongeveer 4% groei in het tweede
kwartaal. De Chicago FED Indicator, een samenvatting van 85 indicatoren, werd
negatief over april.
In Duitsland was de IFO
iets lager, maar nog steeds goed voor duidelijk meer dan 2% groei. In het VK
meldde men 0,4% inflatie over de maand april. Detailhandelsverkopen bleven zeer
sterk over april.
In Japan viel de daling van
de omzetten in de supermarkten in april mee, orders voor nieuwe machines bleven
zeer sterk. Precies zoals de Bank of Japan al zei en men begint nu toch wel
heel bang te worden dat deze niets extra’s gaat doen in de komende maanden.
In China begint de
Citigroup Economic Surprise Index flink te herstellen, maar is nog steeds
bedroevend erg negatief. De HSBC PMI herstelde van 48,1 naar 49,7.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten