Sinds 1981, het akkoord van
Wassenaar, het ingrijpen van Volcker met torenhoge rente, is er een lange
periode gekomen waarbij kapitaal een steeds groter deel van de koek kreeg. (westerse)
Wereldwijd ging men de lonen matigen. Die waren sinds de loonexplosie begin
jaren zestig te lang harder gestegen dan de productiviteit, waardoor de
winstmarges zo laag werden dat er grote werkloosheid moest ontstaan. Er kwam door Volcker (decennia lang) disinflatie,
heel gunstig voor de waarde van kapitaal zoals aandelen en onroerend goed. Uiteindelijk leidde dit tot analyses à la
Piketty dat kapitaal een altijd stijgend deel van het BNP dreigt te krijgen
omdat het rendement op kapitaal hoger zou zijn dan de nu zo schamele groei van
het (nominale) BNP. Netto valt dit overigens te betwijfelen (zoals Philip Menco
(VBA journaal voorjaar 2015) aantoonde). Piketty vindt de trend van steeds
grotere inkomensongelijkheid onhoudbaar en schadelijk.
De tijdgeest gaat hem waarschijnlijk
gelijk geven en de trend keert dan voor de factor kapitaal en daarmee ook voor
de beurzen. Een en ander moet dan wel eerst hoog op de politieke agenda komen
en zo ver is het nog niet. De politieke agenda is wel fors aan het veranderen.
We vangen dit onder de noemer populisme. Dat laat ook (voorlopig) enig kop in
het zand steken zien voor de verandering van de tijdgeest. De populisten zijn
niet dom, hebben reële zaken waar ze zich druk over maken. Ze zondigen wel vaak
zwaar tegen compassie, gaan soms veel te ver om hun doelen te bereiken.
Curieus is dat ze vaak zeer rechts
beginnen en al snel om hun kiezers te blijven binden veel te veel overheidsgeld
uitgeven: Peronisme is dat, genoemd naar de dictator, die vooral door zijn
betoverende vrouw zeer populair werd
(totdat het land geruïneerd was).
De opkomst van Trump laat zien dat
de politiek aan het veranderen is. Men keert zich af van de gevestigde belangen
en gaat voor de populist die kan duiden waar de in het nauw gebrachte
middenklasse werkelijk mee zit: een stagnerend inkomen of nog erger,
onvoldoende pensioen en onveiligheid. Wie is daarvan de schuld? De politici die
het decennia voor het zeggen hebben gehad, maar de neergang van de middenklasse
niet aan zagen komen, laat staan dat ze er effectief tegengif aan gaven. Verder
de migranten, terreur (ten onrechte) in naam van de islam en misschien wel het
meeste de graaiers, de 1% die zich tegen algemene verarming in steeds hogere
beloningen toedelen. Hoge bonussen. Dijsselbloem heeft overigens die bonussen
flink gekortwiekt, waardoor Amsterdam niet veel zal kunnen profiteren van een
eventuele brexit.
Peggy Noonan legde in de Wall Street
Journal de opkomst van Trump uit. Volgens haar (en ze zit niet ver mis denk ik)
voelt 80% zich misdeeld, niet beschermd
door de gevestigde orde. Misschien nog wel erger, het lijkt steeds moeilijker
te worden in o.a. de VS om door te dringen tot de goede 20% (Brookings http://www.brookings.edu/blogs/social-mobility-memos/posts/2016/05/11-glass-barrier-to-upper-middle-class-hardening-reeves?
)
Jaap van Duijn legt goed uit wat er
allemaal scheef gegroeid is in de afgelopen decennia met zijn boek: “Uit balans”.
De lonen in de financiële sector zijn bijvoorbeeld 70% harder gestegen dan
gemiddeld. Het winstmodel van de banken zorgt voor peperdure financiering van
de kleine ondernemer, zelfs bij negatieve rentes op staatsleningen. Niet alles
krijgt aandacht in zijn boek, er is te veel uit balans geraakt.
Vooral de wat oudere blanke mannen
komen nu massaal electoraal in verzet. De jongeren, millennials, zien dat ze niet
de loongroei, niet de vaste banen, krijgen die de babyboomers op hun leeftijd kregen en dat deze in problemen
raakten door te veel schulden. Schuld is vies weten zij en aandelen vinden ze te
gevaarlijk (ze krijgen waarschijnlijk gelijk, maar lange leningen zijn
misschien nog gevaarlijker voor hen).
Populisten springen in het gat en
zijn ineens geduchte politieke machten. Denk aan de onverwachte opkomst van
Trump met zijn muur om Mexico, anti globalisatie, islamfobie en anti
establishment retoriek. Of aan opstormende nationalistische politieke partijen
in Duitsland, Frankrijk, Nederland, Oostenrijk. In het VK is het campagne voor
de brexit.
Aan de linkerkant (kansrijk bij
millennials, mensen die geboren zijn tussen 1980 en 1995) is het Sanders en
bijvoorbeeld Jesse Klaver. Zij strijden op nieuwe wijze (zonder alleen de
belangen van de wat ouderen te behartigen) voor minder ongelijkheid, betere (onbetaalbare)
gezondheidszorg.
Dit kan en zal uiteindelijk grote
gevolgen hebben voor de economie en beurzen. Anti globalisatie veroorzaakt
protectionisme en zo minder groei van de wereldhandel en economie, hogere importprijzen
en daarmee hogere inflatie. Er dreigt minder solidariteit met zwakkere landen (niet
alleen minder ontwikkelingshulp maar ook gevaar voor de europeriferie). Het
verzet tegen graaien zet de hoge winstmarges op de politieke agenda en daarmee
hogere belastingen voor het bedrijfsleven (alleen op te lossen met globaal
ingrijpen). In de globalisatiewedloop zijn de effectieve belastingtarieven voor
het multinationale bedrijfsleven onvoorstelbaar veel gekelderd. Dat is te ver
gegaan. De lange trend van winstgroei boven nominale groei sinds 1981 dreigt
dan om te slaan.
Populisme moet de kiezer maximaal
geven wat deze wil en hoeft zich niet te houden aan de ratio van de gevestigde
orde (Trump en Wilders hoeven alleen maar misstanden te duiden en komen weg met
onmogelijke voorstellen daar iets aan te doen. Spontane reacties mogen de dag
erna recht gezet worden). Peron met zijn betoverende vrouw zag dit in en gaf
met bakken overheidsgeld uit, ongeveer zoals Krugman nu voorstaat. Totdat Argentinië
failliet was en Peron werd weggestuurd.
Trump meldde al dat je bij de
huidige rente zo veel mogelijk schuld moet maken en Trump kan schuld maken als
geen ander. De Tea Party kan hem niet afremmen, daar hij de belasting zal
verlagen. Via investeren in infrastructuur kan hij de groei zelfs een degelijke
basis geven. Dit kan een hele tijd goed gaan, maar de prijs zal uiteindelijk een hoge inflatie zijn en overheidsschulden
die niet terug te betalen zijn. Populisten kunnen heel linkse ideeën uitvoeren,
denk aan Fleur Agema van de PVV met haar gedachten over een uiterst luxueus
zorgstelsel. En Hillary? Die moet als een gematigde Sanders gaan voor meer
infrastructuur, betere gezondheidszorg, minder inkomensongelijkheid, minder
globalisatie. Dat kost ook veel geld.
Het veranderen van de tijdgeest gaat
langzaam, duurt vele jaren. Het gaat nu wel ineens sneller, maar komend jaar is
er nog geen omkeer in de macht van het bedrijfsleven (daarvoor is er te veel
werkloosheid, is de macht van vakbonden nog steeds tanende (dat hoeft niet lang
meer te duren)), nog geen hoge inflatie, maar wie weet is er 6% inflatie en 7%
rente in 2024.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten