De beurs vatte moed uit de bemoedigende woorden van Bernanke: ja minder QE, maar nee, geen stijging van de FED-rente tot half 2015. En dat gedoe oer werkloosheid: in tegenstelling tot wat vorige weken gesuggereerd werd, vindt Bernanke de te lage participatiegraad wel belangrijk. Zo belangrijk dat hij de rente misschien pas bij een duidelijk lagere werklosheid dan 6,5% gaat verhogen. Komende week legt hij zijn halfjaarlijkse getuigenis af voor senaat en congres en dan kan hij een en ander verder verduidelijken (maar de markt kan dan iets minder blij zjn)
In Europa blijft de situatie rond Portugal en Cyprus penibel, voor Griekenland komt er weer een zak met geld. Er wordt weer tijd gekocht. Ondertussen zijn de zuidelijke landen wel concurrerend geworden, maar Portugal lijkt daarmee maar weinig geholpen te zijn.
Er was niet veel economisch nieuws. In de VS stegen de initial claims voor werkloosheid 16.000, daalde het vertrouwen van midden- en kleinbedrijf NFIB iets, maar niet voor biijvoorbeeld werkgelegenheid. De producentenrpijzen stegen iets meer dan gedacht. Het consumentenkrediet steeg fors. Groothandelsvoorraden daalden iets, nog een reden waarom de economische groei in het tweede kwartaal laag zal zijn, maar geen verzwakking voor het derde kwartaal wordt verwacht. Het gebruikelijke overschot op de begroting in juni was groter dan gedacht.
In Europa viel de export van Duitsland tegen en de idustriële productie over mei eveneens.
In Japan stijgt de geldgroei voortvarend en ook de industriële productie zit aardig in de lift.
In China moest de minister van financiën zijn voorspelling van 7% groei in 2013 en 6,5% daarna herroepen. 7,5% is eenvoudig haalbaar wist hij een paar dagen later (vooral als je zelf de cijfers mag maken). Kredietgroei was redelijk, maar wordt geforceerd afgezwakt. Van de week komt het officiële groeicijfer, wat de hergefabriceerde exportcijfers ($75 miljard overschat) moet bevatten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten