22 februari 2014

De Amerikaanse Hollandgekte volgens Gerhard ter Veer

Het is al weer een jaar geleden dat Gerhard ter Veer overleed. Daarom post ik een dreaming die hij in 1999 schreef, die we niet konden plaatsen in ons boek.
Gerhard interesseerde zich voor van alles en las de nodige boeken. Een ervan ging over Hollandgekte en dat inspireerde hem tot de onderstaande dreaming:


Ineens is het mode iets door een bepaalde bril te bekijken. Dat doet men een tijdje en dan gooit men het weg. Een curieus voorbeeld hiervan is de Hollandgekte. Ook de Kondratieffgolf heeft hier last van: in bepaalde tijden wil men het alleen maar uitleggen via technologische vernieuwingen, dan weer alleen met demografie, oorlogen, marxistische denkbeelden van neergaande winstmarges, schuldenproblemen etc. Dat moet men zich goed realiseren in een zoektocht naar hoe men een theorie over de samenleving gaat uitleggen en verkondigen.

 Een mooi voorbeeld van zo’n bepaalde bril bij de zoektocht naar het verleden was de Hollandgekte.

In het Engels heeft het woord Dutch vaak een ongunstige bijklank. Toch is Nederland in de Amerikaanse geschiedenis een korte tijd heel positief beoordeeld. In de zoektocht van de Amerikanen naar hun verleden nemen namelijk de jaren 1880 tot 1920 een bijzondere plaats in, toen men in alle sectoren van de samenleving gevoelig bleek voor al wat Nederlands was. Op het hoogtepunt van wat de kunsthistoricus Annette Scott([1]) de Hollandgekte noemt, vertelde anno 1903 de Ladies’ Home Journal haar miljoenen lezers in Amerika dat niet Engeland, maar Nederland het moederland van de Verenigde Staten was:

-en dat  de mannen die New York stichtten geen Engelsen waren, maar meest Hollanders; dat de puriteinen, de Pilgrim fathers, die zich in Plymouth vestigden twaalf jaar in Holland hadden gewoond; dat de puriteinen die zich elders in Massachutes vestigden hun hele leven onder Hollandse invloed hadden gestaan; dat New Jersey net als New York gekoloniseerd was door de Hollandse West Indische Compagnie; dat Connecticut tot leven was gewekt door Thomas Hooker die tevoren lang in Nederland verbleef; dat Roger Williams die Rhode Island stichtte een Nederlandse geleerde was; en dat William Penn, de stichter van Pennsylvania, een Hollandse moeder had.

De geschiedenis van Nederland bleek van grote betekenis voor de Amerikanen niet alleen vanwege het verzet tegen een vreemde despoot maar ook om de ideeën die de Nederlandse kolonisten naar Noord Amerika brachten: godsdienstvrijheid, vrije pers, gratis onderwijs, registers van grondeigendom, plaatselijk zelfbestuur en vrije verkiezingen.

Wat het meest overtuigend overkwam was het feit dat de onafhankelijkheidsverklaring van de VS gebaseerd was op die van de republiek van de Verenigde Nederlanden en dat de federale  grondwet soms letterlijk van de Nederlandse grondwet was overgeschreven.

De Hollandgekte uitte zich in reizen van Amerikanen (kunstliefhebbers en kunstenaars als eersten) naar Nederland dat het imago had van een idyllisch paradijs bevolkt door gezonde koeien, stoere, eerlijke nette mensen op klompen en pittoreske molens, dijken en grachten. Dit imago had zichtbaar invloed op de Amerikaanse cultuur: niet alleen schilderkunst en architectuur, maar ook interieur, meubelen en antiek, ja zelfs mode, literatuur, reclame en merknamen.

Rond 1920 stierf de Hollandgekte een zachte dood en werd het besef van de Nederlandse invloed op de Amerikaanse cultuur teruggebracht tot de oppervlakkige wetenschap dat New York City met zijn Wall Street ooit als Nederlandse kolonie begonnen was. Maar lang bleef men nog geloven dat Nederland nog zo was als in die tijd beschreven, b.v. dat iedereen er nog op klompen liep.
Het zou ons niet verbazen als vele mensen geloven dat wij ook een beetje lijden aan een gekte, namelijk die van Kondratieff. Eigenlijk is dat ook zo.


[1] Annette Scott: “Holland Mania: The unkown Dutch period in American art and culture”, The Overlook Press, 1998.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten