De aandelenmarkten waren blij met het
presidentiële optreden van Trump voor het congres. Hij was vol optimisme in
plaats van de doemdenker van zijn campagne en riep op tot compromis. In het
weekend verpestte hij dit weer gedeeltelijk met ongefundeerde toespelingen op
afluisterpraktijken door Obama c.s.
Een en ander was goed genoeg om de
moed erin te houden op de beurzen, er komen belastingverlagingen, al zijn die
wellicht wat kleiner dan gehoopt. Ondertussen gaat het goed met de
winstverwachtingen wereldwijd.
De FED had met lede ogen aangezien dat
de markt geen renteverhoging inprijsde terwijl het nu zo waar leek te kunnen
qua vooruitzichten, financial conditions, vertrouwen, fiscale stimulering etc.
Er was een waar media-offensief. Zelfs de duiven preekten een verhoging, Dudley
ging hierin zelfs ver. Yellen bevestigde vrijdag een en ander en Fischer was
blij met al die eensgezinde oproepen tot verhoging van de rente. Daarop steeg
de rente, maar niet zo heel veel. Iedereen lijkt al short duration te zitten.
De ISM manufacturing in de VS steeg verder
naar 57,6 en non manufacturing herstelde naar 57,7. PMI’s waren wereldwijd
sterk. China liet een mooie verbetering
zien. De PMI’s/ISM’s geven aan dat de winsten zelfs iets hoger gaan binnenkomen
dan de altijd optimistische bottom up verwachtingen van de analisten. Groei
nieuwe orders, met opwaartse herzieningen, bevestigt dit (voorlopig).
De verwachtingen voor de groei in de
VS voor het eerste kwartaal zijn aan het dalen tot onder 2% volgens o.a.
GDP-now. Dat komt vooral door tegenvallende groei consumptie en lagere
productie nutsbedrijven (door relatief warm weer). De olieproductie trekt weer
aan en daarmee ook het vervoer over het spoor. In de havens aan de westkust is
het ook drukker. Het consumentenvertrouwen werd opnieuw sterker, herstel
aangevend na de slechte cijfers voor reële retail sales en inkomen over
januari.
Meevallende groei in China, hogere
grondstoffenprijzen met bijbehorend herstellende investeringen daarin zorgen
voor een herstel van de wereldhandel.
De leading indicators voor groei
wereldhandel volgens Morgan Stanley trekken steeds harder aan, al kan de sterkere
dollar roet in het eten gooien volgens hen. Exportherstel over februari in
Korea geeft de burger meer moed voor groei wereldhandel.
Li Keqiang stelde (naast het
verheerlijken van de supreme leader Xi) nieuwe doelen voor economische groei
voor China. Een bescheiden slechts 6,5% groei, iets lagere begrotingstekorten
en minder agressieve groei van defensie-uitgaven (+7%, wat uitgebreid de pers
haalde als gevaarlijk veel, maar in Chinese ogen is het maar weinig).
Europese verkiezingen blijven een
zorg, al lijkt de aanhang voor Le Pen en Wilders iets te slinken. Fillon heeft
het moeilijk, maar wil nog niet opgeven. Schultz doet het goed, maar dit
beroert de beurzen niet zo erg. Kredietgroei verbeterde in de EU.
Het economisch momentum helpt de
gevestigde orde: industriële productie trekt zelfs sterk aan in Frankrijk en
Italië.
De inflatie trekt aan in de EU vanwege
vooral de hogere olieprijzen, de kerninflatie is nog stabiel (nu 0,9%).
Zorgen over Brexit drukken het
consumentenvertrouwen weer eens in het VK.
Het sentiment voor kleine ondernemingen
Shoko Chukin daalde onverwachts in Japan, terwijl er toch eindelijk inflatie aan
de horizon gloort in plaats van deflatie.
Volgens de cijfers zouden de capriolen
met het ongeldig maken van allerlei bankbiljetten de economische groei in India
niet geraakt hebben.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten