De goudkrach lijkt behoorlijk erg op de krach van de aandelenbeurs in 1987. De koersen waren in de voorgaande vijf jaar enorm opgelopen en vooral het laatste jaar leek niets een verder oplopen in de weg te staan. Al waren aandelen (nu goud) nog zo duur, daar waren heel goede redenen voor: enorme stijging van de winstverwachtingen, een onverwoestbaar positief momentum. In 1987 begonnen in augustus de koersen te dalen op niet al te erg nieuws (stijgende rente, dalende dollar). In oktober leken de koersen voldoende te zijn gedaald en leek de correctie achter de rug. Er was een steunniveau in de koersen bereikt dat toch echt wel zou houden. Op de vrijdag voor de grote daling op Black Monday werd toch dit zeer belangrijke steunniveau doorbroken. Men mocht daarna het hele weekend nadenken of dat erg was, reden tot verkoop op maandag. De chartisten waren eruit: weg met die aandelen. Futures posities en andere posities moesten geforceerd afgebouwd worden. De koersen gingen enorm omlaag, terwijl eigenlijk de enige reden was dat technisch steunniveaus waren doorbroken.
Met goud ging het bijna hetzelfde. Goud bleef heel lang oplopen, tot onbetaalbare nievaus voor particulieren om juwelen te kopen. Zelfs de sterk oplopende inkomens in China en India konden de stijging van de goudprijs niet bijhouden. Ook centrale banken gaven aan goud te duur te vinden om veel van hun overtollige reserves in om te zetten (zoals China). Bij de goudprijs liep al een heel lange tijd de prijs niet meer op. Maar de genadeklap kwam toen de prijs door de veronderstelde bodem van ongeveer $ 1520 zakte. Dat gebeurde vrijdag en op maandag ging de daling ineens versneld: in een klap was het geloof in de altijd oplopende prijs van goud vanwege QE, excessieve groei valutareserves, onverzadigbare koopwoede van Chinezen en Indiërs weg. Net als in 1987 kon men zich ineens niet meer voorstellen dat men kort geleden nog $1900 had betaald voor een ounce goud, idioot veel toch.
Het zou wel eens kunnen dat de goudprijs het pad van aandelen in 1987 blijft volgen. De fundamentals voor aandelen bleven toen goed (er kwam geen recessie, winsten stegen inderdaad heel veel). Dat lijkt nu weer zo te zijn voor goud: men stopt niet met excessief ruim monetair beleid, er is een valuta-oorlog gaande waarbij bepaalde landen onuitputtelijke hoeveelheden valutareserves opbouwen, banken zijn niet te vertrouwen, de reële rente is laag, goud is weer betaalbaar voor particulieren in China die loonstijgingen van meer dan 10% per jaar krijgen, meer dan 15% in dollars naar verwachting.
In de VS was op dinsdag na Black Monday het dieptepunt in de koersen, in Europa duurde dat nog meer dan een maand. Omdat de paniek bij goud veel minder groot is dan bij de krach van 1987 kan het misschien nog wat langer duren voor het dieptepunt bereikt wordt voor goud. Maar over enige jaren zou dan weer een nieuw hoogtepunt in de goudprijs bereikt kunnen worden. Dan moet er wel veel meer QE komen dan nu verwacht wordt en die moet dan inflatoir worden en dat is juist een van de fundamentals waarmee men de daling van de goudprijs probeert te verklaren:sommige banken beginnen van mening te worden dat de inflatie harder gaat dalen naarmate de centrale banken meer geld drukken. We gaan enorme deflatie krijgen omdat de FED zo veel dollars gedrukt heeft. Soms moet je als belegger de meest onmogelijke verhalen geloven.
Overigens is de angst dat Portugal en Italië goud gaan verkopen niet zo raar gezien de relateif grote hoeveelheden die ze hebben vergeleken met het BNP
Geen opmerkingen:
Een reactie posten