12 mei 2019

samenvatting financieel economisch nieuws van de afgelopen week

Met enkele tweets maakte Trump duidelijk dat de handelsoorlog met China doorgaat en niet direct tot een oplossing komt. Er is een pauze ingelast, maar ondertussen zijn de invoerheffingen op $200 miljard Chinese importen wel opgevoerd van 10 tot 25%. 10% is op te lossen met lagere marges/ iets lagere yuan, maar 25% vraagt om dumping. De situatie is ernstiger dan in oktober. Lighthizer onderzoekt hoe de overige importen van China ook te onderwerpen aan 25% heffingen. Trump stelt dat er nog steeds een handelsovereenkomst mogelijk is. Wat China vindt/ gaat doen, is ondoorgrondelijk. Ze hebben de tijd en Trump niet, ze kunnen misschien 6% groeien ondanks hoge heffingen in de VS, maar ze worden hard getroffen, de onzekerheid is terug. Xi moet iets onaardigs terugdoen ter vergelding, maar vooralsnog doet men niets, omdat dit geld kost, extra stimulering noodzakelijk maakt..

De S&P500 was afgelopen week slechts 2% lager op de terugkeer van de handelsoorlog (China viel veel meer). VIX brak net naar oven door . Sentimentsindicatoren staan ongeveer midden tussen fear en greed in, nog lang niet op grote angst. Er is een vaste overtuiging dat een en ander slechts zeer tijdelijk is, met enkele tweets te herstellen. Er zijn echter ook de nodige commentatoren die pas een deal mogelijk zien na de verkiezingen in november 2020.
Uber kreeg een flinke koersknauw bij de plaatsing tegen toch al lagere koersranges (op een positieve beursdag)

De meeste indicatoren wijzen op enig herstel van economische groei in Europa (dalende werkloosheid en groei detailhandelsverkopen) en Japan (maar wegkwijnend consumentenvertrouwen in de aanloop van de BTW-verhoging) , maar in het tweede kwartaal zal er minder groei zijn in de VS en de extra stimulering in China verliest betrekkelijk snel kracht, maar 6% groei lijkt nog steeds goed mogelijk. De huizenmarkt is sterker dan verwacht. Er was enig herstel export/import, maar dat zou wel eens niet kunnen doorzetten.

In de VS gaf de omkering, inversie van de curve 10 jaar/3 maanden net als eind maart weer een recessiesignaal. De plaatsing van 10-jaar staatsobligaties VS ging onverwacht moeilijk, dat wel

Inflatie steeg vorige maand in de VS 0,3%, de kerninflatie slechts 0,1% (maar toch stijging 2,1% op jaarbasis). Producentenprijzen +0,2%..

Geen opmerkingen:

Een reactie posten