29 juni 2010

Würzburg




Via Cheb na een overstap in de Duitse grensplaats Marktredwitz na nog een overstap in Neurenberg bereikten we het mooie Würzburg. Dat is Beieren op zijn best. Zelfs huizen zijn er niet zo goedkoop. Ze hebben een brug over de Main die een beetje weg heeft van de Karelbrug in Praag met een kasteel op de achtergrond. Ze hebben er de nodige mooie kerken, maar de hoofdattractie is de Residenz: het kasteel van de prinsbisschop van Würzburg. Dat woonhuis is heel wat groter dan de kathedraal. Het staat op de lijst van Unesco werelderfgoed en terecht. De helft is als museum in gebruik, maar die helft is al goed voor een eindeloze hoeveelheid zalen. Er is met geld gesmeten om de oorlogsschade te herstellen. Alleen al de spiegelkamer, volgens velen het absolute hoogtepunt van kitsch, kostte heel wat miljoenen. Verder zijn er enorme muur- en plafondschilderingen van Tiepolo. Deze man moest alle werelddelen schilderen, maar was nooit buiten Europa geweest. Dat gaf problemen met olifanten en bijvoorbeeld struisvogels. Amerika werd afgeschilderd als het meest onbeschaafde werelddeel (tsja, vandaag vinden velen dat ook) vol indianen.
De prinsbisschop werd zo rijk omdat keizers hun zonden moesten afkopen en de prinsbisschop niet militair aangevallen werd (tot de tweede wereldoorlog). Vooral het hertrouwen terwijl je vrouw niet dood was kostte een fortuin. Het begon met het huwelijk van Beatrix rond 1200 als tweede vrouw van de Duitse keizer. Zij was toen 12 en hij 35 (dus niet te veel mopperen over Mohammed die zo'n jong meisje trouwde) en kreeg na zijn eerste kinderloze huwelijk 11 kinderen.
De prinsbisschop had het hoog in de bol, hij werd als intermeidiair tussen god en de wereld afgebeeld.
Het kasteel heeft een enorme trap. Alleen al het goed beklimmen van de trap was een vreselijke beproeving voor zijn gasten. Als men die trap niet elegant opkwam dan kon je het schudden en kon je onverrichterzake weer naar huis.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten