25 december 2014

weer een jaar verder, verrassingen waren merendeels negatief, 2015 beter

We hadden twee enorme verrassingen voor de financiële markten: de val van de rente en de olieprijzen, die de nodige pensioenfondsen en olielanden in problemen brachten. Aan de positieve kant zagen we een goede stijging van de aandelenkoersen van o.a. de VS en China, India.
Twee politieke verassingen: Poetins aanval op de Oekraïne en de snelle opkomst van de Islamitische Staat. Aan de positieve kant tellen we de paus en (met moeite) Iran.
Twee economische verrassingen: de flink negatieve groei in de VS in het eerste kwartaal door de polar vortex en het uitblijven van economisch herstel in de Eurozone inclusief Duitsland. Positief was de groei in Spanje, het VK en derde kwartaal VS.
Op theoretisch economisch terrein zagen we twee doorbraken: die van Piketty dat zonder ingrijpen ongelijkheid veel verder zal toenemen dan de geldende theorie voor mogelijk houdt en die van Summers die ons voorhoudt dat seculiere stagnatie het basisscenario is voor de komende decennia.

De verrassingen waren merendeels negatief, maar verbetering in 2015 ligt voor de hand.


De verwachtingen voor wat de potentiële groei is werden fors naar beneden bijgesteld. De wet van Okun (3% potentiële groei in de VS) is dood, 1,5-2,1% is de nieuwe verwachting voor de VS en voor de Eurozone zitten we ineens onder 1%, rekening houdend met de slechte demografie.
Dat van die slechte demografie wisten we natuurlijk al jaren, maar in 2014 is men wat meer met de neus op de feiten gedrukt. Men moet later met pensioen, behalve in Duitsland en ook in Frankrijk en België vindt men dat de demografische feiten onjuist zijn.

De groei van de productiviteit is zorgwekkend laag geworden, dat is steeds beter in de cijfers zichtbaar geworden. De afgelopen decennia is dat een beetje verstopt geraakt achter het opvoeren van de groei met meer schulden maken, maar dat kunstje kan niet meer als de demografie tegenwerkt.

Zakt die productiviteitsstijging langdurig verder weg?
Nee, natuurlijk niet. In 2014 zijn er enkele politieke doorbraken geweest die voor meer productiviteitsstijging zullen gaan zorgen. Plotseling is het onomstreden dat de Amerikaanse groei met meer infrastructuurinvesteringen moet worden aangezwengeld. Net zo onomstreden is het geworden in landen als Nederland dat beter onderwijs verreweg de beste kans is op meer economische groei. Alleen bij betere opleiding kan men structureel meer verdienen. Ook is het bij bijna iedereen doorgedrongen dat de kosten voor zorg veel beter in de hand moeten worden gehouden door de zorg veel efficiënter te maken (dat is de laatste tijd de grote meevaller in de VS: de medische kosten lopen de laatste paar jaar veel en veel minder uit de hand dan gepland).
Daar staan ook wel negatieve zaken tegenover zoals het besef dat we meer geld aan defensie moeten gaan verspillen. Het is ook duidelijk dat je electoraal garen spint door ouderen deels nodeloos meer te subsidiëren.

Duidelijk is ook dat de technologische vooruitgang niet is stil gevallen, maar eerder aan het accelereren is. Bedrijven als Google en Apple investeren gigantisch. Niet in fabrieken, maar in kennis. Biotech is jaren de winnende sector om goede redenen: er is een medische revolutie gaande. We zijn de vruchten aan het plukken van de energierevolutie. In plaats van een structurele druk op de economische groei krijgen we nu juist even een rugwind.
Robots zijn bezig aan een opmars, 3D printing, nanotechnologie (dit blijft niet structureel tegenvallen nu de verwachtingen zijn teruggeschroefd), nieuwe materialen, Uber en andere trends die de dienstensector efficiënter gaan maken, straks zelfrijdende auto’s met bijbehorende infrastructuur,

Eindelijk zien we de dienstensector efficiënter worden, zelfs de ambtenarij. Dat is pijnlijk voor velen. Massaontslagen in de zorg, de financiële sector. De zorg blijkt in sommige gevallen hierdoor op peil te blijven, maar in andere gevallen meer te verslechteren dan ons lief is.

 We hebben sinds ongeveer 1998 een enorme groei van de fysieke investeringen gezien in de nodige Emerging Markets, China voorop. De uitbreiding van de wereldwijde industriële capaciteit was hierdoor enorm, zelfs inclusief de lage nieuwe investeringen in het Westen.
We hebben ons in het Westen die enorme uitbreiding van de industriële capaciteit niet gerealiseerd, want we zagen die niet plaats hebben vlak rondom ons heen. Sinds de kredietcrisis is er een terugval van de vraag in de OECD-landen. Daardoor is er samen met die uitbreiding van de capaciteit een enorme deflatoire druk ontstaan.
Die deflatoire druk begint er ook te komen in delen van de dienstensector.

Een en ander houdt in dat de koopkracht een steun in de rug is, maar dat je meer op moet passen met schulden maken.

2015 lijkt een beter jaar te worden dan 2014 en laten we hopen dat er economen komen met doorbraken op positief gebied: dat Woody Brock gelijk krijgt en lage economische groei helemaal niet nodig is, als de Angelsaksische landen maar eens wat meer in de infrastructuurbus gaan blazen en in Europa de ondernemingszin, de animal spirits,  weer wat meer gaan opleven door doemdenken te vervangen door doendenken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten