Onaran en Galanis
bogen zich over het probleem van de dalende arbeidsinkomensquote. Het gebeurde bijna overal, zowel in Europa, de VS en Opkomende Landen.
Ze vonden dat de daling van de arbeidsinkomensquote van 1% nu leidt tot 0,36% van de economische groei. De groei van de consumptie en daarmee die van het BNP wordt te veel aangetast door een verdere daling van de arbeidsinkomensquote. Hierin zal niet snel verandering in komen. Zij onderzochten of de finale vraag geleid werd door de lonen of de winsten. Zij vonden dat in sommige landen de lonen de finale vraag leiden en in andere landen de winsten.
De landen waar je loongroei eerst krijgt zijn Duitsland, Frankrijk, Italië, het VK, de VS, Japan, Turkije en Zuid Korea.
Winst leidt groei in Canada, Australië, Argentinië, Mexico, China, India en Zuid Afrika. Volgens
zijn deze landen daarom beleggingswaardiger als je gelooft in verdere daling.
Minack had hier een aardige illustratie van voor China
Geen opmerkingen:
Een reactie posten