Andy Xie (voormalig Morgan Stanley, nu lid van Rosetta Stone Advisers) schrijft van tijd tot tijd leerzame maar wel erg negatieve verhalen over China. Destination Inflation is zo'n post.
China had van tijd tot tijd enorme inflatie, maar na 1994 was de inflatie laag. De enorme toeovloed van arbeid naar de nieuwe Chinese industrieën zorgde voor lage loonstijging, terwijl de productiviteitsstijging hoog was. Vraaguitval uit de voormalige Sovjet Unie zorgde voor druk op de grondstoffenprijzen. Enorme monetaire stimulering leidde daarom niet tot inflatie. De muur van geld vond zijn uitweg naar de vastgoedmarkt. Dat zorgde alles bij elkaar voor heel lage inflatie.
Nu zijn de fundamenten onder de lage inflatie weg aan het vallen. De groei van het arbeidsaanbod is flink aan het afnemen waardoor de loonstijgingen flink zijn. De productiviteitstijging is nog steeds mooi, dus per saldo is het nog steeds niet erg inflatoir, maar wel veel meer inflatoir dan enkele jaren terug.
De grondstoffenprijzen gedragen zich niet meer zo netjes als in de jaren 80 en 90. Die dragen nu bij aan de inflatie. Vooral voedselinflatie is een probleem. China staat heir niet helemaal machteloos tegen. De laatste tijd heeft men de boeren opdracht gegeven 7-7,5% meer in te zaaien. De landbouwproductiviteit in China is vrij hoog, veel beter dan in Europa dat niet zo weg is van profiteren van gengewassen. Maar als China jaar in jaar uit 25% meer sojabonen wil hebben, dan moet je niet helemaal verbaasd zijn als de prijs van sojabonen stijgt. De prijzen van metalen stijgen nog harder, want die kun je niet extra bijplanten, uitbreiding van de productie is erg moeilijk. In mindere mate geldt dit ook voor olie.
De asset economy draait in China op volle toeren. Dat leidt na enige tijd tot extra consumptie uit die assets zoals vastgoed. Je gaat nu dus langzaam de inflatoire gevolgen voelen van al die opbouw van assets via hoge kredietgroei.
Er komt dus inflatie in China vanuit de grondstoffenprijzen, de hoge loonstijgingen (=in ieder geval meer diensteninflatie) en consumptie uit de asset economy.
De hoge geldgroei in China kan daardoor niet meer ongestraft blijven, het zal gaan leiden tot meer inflatie. Dat hoeft nog niet hoge inflatie te zijn, maar het zal heel moeilijk voor China zijn om de inflatie onder de 4% te krijgen. Men vindt zichzelf al heel erg streng dat men de kredietgroei tot 15% gaat beperken, maar hiermee krijg je de inflatie niet erg mee omlaag.
China is daarom erg boos op de Fed, omdat die nog een inflatiepush aan het veroorzaken is voor China. Omdat China de yuan te langzaam wil laten revalueren tegen de dollar, is men gedwongen een groot deel van de export van inflatie door Amerika te importeren. Hetzelfde geldt overigens voor de andere opkomende landen die hun valuta angstvallig vastklinken aan de dollar.
Amerika zit hier niet mee. Dan moeten ze maar de koppeling met de dollar loslaten.
China is de strijd tegen de inflatie aan het verliezen. Er is al veel te veel geld gecreëerd, de loonstijgingen zijn niet meer tot de inflatie te beperken, de grondstoffenprijzen zijn niet structureel omlaag te krijgen voorlopig. De groei van de investeringen moet terugvallen, China is al laat hiermee, dat gebeurt in deze fase van ontwikkeling van straatarm naar enigszins welvarend land. De productiviteitsgroei zal daarom wat gaan terugvallen (niet veel gelukkig, omdat human capital fors blijft doorgroeien).
In de VS zit men een beetje in een vergelijkbare situatie als China in 1994. Arbeid is overvloedig, de vraag naar goederen is door de kredietcrisis voor een deel verdwenen en de productiviteitstijging is onverwacht goed. Toestroom van extra geld vanuit de asset economy is er niet, eerder een uitstroom voorlopig (maar niet zo erg als de Nieuw Normalen denken). Dat betekent dat je massieve geldgroei moet gaan creëren, waarvan je moet hopen dat die à la China grotendeels richting investeringen gaat. Vooralsnog lijkt dit inderdaad te gaan gebeuren.
Inflatie door al die geldcreatie zit er daarom voorlopig niet in, al is er in tegenestelling tot China in 1994 tegenwerking van de grondstoffenprijzen.
Maar als men te lang door gaat met massieve geldcreatie en dit niet voor het leeuwendeel naar investeringen en de asset economy gaat, dan ontstaat er een Minsky moment voor inflatie: plotseling leidt geldcreatie tot heel veel inflatie (dat moet dus China eerst overkomen; als China dit niet overkomt is de kans op zo'n inflatie Minsky moment voor Amerika (en daarmee ook Europa) een stuk kleiner.
Voorlopig lijkt het monetaire beleid van Bernanke c.s. briljant: men heeft hierdoor een bijna zekere depressie omgebogen in een kansrijk voorspoedscenario voor de wereld met hoge groei in opkomende landen, redelijke tot goede groei in de VS en matige maar acceptabele groei in Europa. Al die geldcreatie zorgt voor een muur van geld in de wereld. Hiervan is niet zo veel nodig om de PIGS van voldoende geld te voorzien en bij een hoge rente met Duitse garanatie moet het toch goed komen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten